We staan boven op de zolder van het Foreestenhuis, het historische gebouw van de doopsgezinde remonstrantse gemeente in Hoorn. De ruimte is immens, leeg en onbenut. Wat zou je daarmee kunnen, zo midden in de prachtige oude binnenstad? Hier beginnen we ons gesprek over de toekomst. Dat gesprek voeren de leden en vrienden in Hoorn nu zo’n kleine twee jaar. De haalbaarheidsstudie van de ingrijpende plannen is zojuist opgeleverd en zal binnenkort in de gemeente besproken worden. De geloofsgemeenschap leeft en wil graag in de toekomst voor meer mensen van betekenis zijn.
Dat van betekenis willen zijn voor meer mensen is makkelijk uitgesproken, maar nog niet zo gemakkelijk gedaan. Want: waar is dan behoefte aan en in hoeverre past die behoefte bij de taak die de gemeenschap meent als kerk te hebben? Het Foreestenhuis is een kerk, maar ze wil ook een kerk zijn met een taak in de samenleving. De samenleving verandert: steeds minder mensen zijn kerkelijk, hele generaties weten niet meer wat de bijbel is, wie Jezus was, wat een kerk allemaal doet en wat een geloofsgemeenschap voor je kan betekenen. Maar dat er behoefte is aan verbinding, aan ruimte voor levensverhalen en levensvragen, dat is evident. Hoe kun je daarbij aansluiten?
‘Wij vinden onszelf zo leuk en we begrijpen maar niet waarom mensen zich niet bij ons aansluiten’, zegt Leida Veldkamp, kerkenraadslid en lid in de Commissie Toekomst, met een glimlach. Daarmee illustreert ze het gat dat tussen kerk en samenleving bestaat. Dat gat willen ze in Hoorn overbruggen. Daarom is de Commissie Toekomst in het leven geroepen. Zij is nu zo’n twee jaar bezig en heeft eerst een verkennend onderzoek gedaan naar voorbeelden elders. Dat was leerzaam. Vervolgens is een gemeentemiddag georganiseerd, waar mensen binnen en buiten de box plannen konden bedenken. Dat leidde tot een toekomstplan wat vervolgens met de burgerlijke gemeente is besproken. Op grond van dat gesprek is een haalbaarheidsstudie uitgevoerd. Die is net af en geeft een aardig inzicht in de mogelijkheden.
‘Alles wat we uiteindelijk gaan doen moet bij onze taak in de samenleving passen’, zegt Jan Berkvens, predikant van de gemeente en lid van de Commissie. Hij vertelt dat het gaat om ontmoeting, verbinding, en altijd een verdiepende levensbeschouwelijke of existentiële dimensie bij activiteiten. Die activiteiten worden nu al regelmatig georganiseerd. Denk aan theatervoorstellingen, filmbijeenkomsten, muziekavonden en ander culturele bijeenkomsten. Daar hoort een inleiding bij en een nagesprek. Dat is een meerwaarde die je in het theater niet krijgt. ‘De verhalen in de bijbel zijn vaak gebaseerd op oudere verhalen, net zoals dat bij films en andere vertellingen het geval is. Het gaat om de levensverhalen en wat wij er in onze tijd aan kunnen hebben. Als gemeenschap of als individu. Laat dat onze rol zijn, laat het Foreestenhuis een plek zijn, waar je je persoonlijke weg in het leven kunt vinden’, zegt Jan. Naast de culturele dimensie kunnen mensen elkaar ook ontmoeten in bijvoorbeeld de koffiekamer of de theetuin. ‘We zien ook graag mensen op retraite komen in toekomstige gastenkamers. Of trouwen in een dienst, feest in de tuin en dan overnachten in de bruidssuite’, zegt Caroline Oortman-Gerlings, kerkenraadsvoorzitter en natuurlijk ook lid van de Commissie. Ideeën te over, daar aan het Markermeer, dat is duidelijk, maar is dat ook financieel haalbaar?
Kerkzijn op de huidige manier is al binnen afzienbare tijd financieel een uitdaging. Daarom wordt er gezocht naar een mix van activiteiten die commercieel gezien interessant is om de taak die de gemeenschap meent te hebben, vorm te geven. Dat bedachten ze daar niet zelf, ze baseren zich op het werk van Heart Edge in het Verenigd Koninkrijk. Heart Edge is een netwerk van kerken die de toekomst enthousiast tegemoet treedt op basis van de vier C’s: Community, Culture, Commerce en Charity: gemeenschap, culturele activiteiten, commerciële aanpak en compassie met hen die dat nodig hebben. Niet alle C’s hoeven in elke gemeenschap aanwezig te zijn, maar een mix van een aantal C’s zorgt voor een gezond toekomstplan. In Hoorn denkt men wel aan alle C’s: ze willen een bredere gemeenschap bedienen met een cultureel-maatschappelijk programma dat op een gezonde manier financieel haalbaar is en daarbij mensen met minder kansen een toekomst geven in de vorm van bijvoorbeeld opleidingstrajecten.
Waar wordt dan concreet aan gedacht? Caroline noemde de theetuin en koffiekamer al en de mogelijkheid om op verhaal te komen gedurende meerdere dagen. Daarvoor moeten partners gezocht worden die dat mogelijk maken, want het gaat over horeca-activiteiten. Daarnaast moet er een sterkere cultuurmaatschappelijke programmering komen, waaromheen ruimte voor gesprek wordt gecreëerd. Als er mensen op retraite komen dan moet er een op maat gemaakt programma zijn, met gesprekken met de predikant of geestelijk verzorger. En op bepaalde momenten van de week zijn er levensbeschouwelijke bijeenkomsten zoals een viering. Hoe die er dan uitzien? Dat kan zijn zoals een dienst nu is, maar kan ook worden vormgegeven door de mensen die daar dan de verantwoordelijkheid voor nemen. Hoe opener we worden, hoe uitgebreider de mogelijkheden. ‘Sinds een klein jaar organiseren we gezamenlijke activiteiten met een progressieve moslimgroepering hier, dat zorgt voor dynamiek en verdieping’ zegt Leida. En ook het filmcafé dat niet meer in huis, maar maandelijks in het lokale filmhuis wordt georganiseerd draagt bij aan bekendheid maar vooral ook aan bredere maatschappelijke verdieping. De gemeenschap in Hoorn leeft en is duidelijk van plan om ook in de toekomst anderen te blijven inspireren.
Landelijk voelen ze zich gedragen door de moederkerken. Tegelijkertijd zijn er ook ontmoetingen met mensen die het moeilijk of spannend vinden. En dat snappen ze: verandering roept weerstand, zorgen en soms ook spanning op. Waar het hen brengt? ‘Dat zullen we zien’, zegt Caroline. ‘Dat vinden we ook echt wel spannend, maar we denken dat we echt wat te bieden hebben, juist vanuit onze tradities!’
En regelmatig moeten we aandacht besteden aan de vraag hoe zorg je dat je laagdrempelig blijft. Hoe zorg je dat je naamsbekendheid en imago samengaan met wie je wilt zijn? Dat zijn vragen, die in het bedrijfsleven marketing zouden heten. In alle gevallen is de vraag nu omgedraaid: we proberen niet zo krampachtig meer om nieuwe leden te krijgen, maar we willen onze taak, als kerk in de samenleving goed vorm te geven. Misschien twee kanten van één medaille, maar wel een heel andere manier van kijken en actief zijn.
Geertrui Meinema – Linders